Het verbond


We hebben de vorige keer gezien dat de doop een zegel is van het verbond. Het laat onze onreinheid zien en de vergeving van onze zonden. Door Christus offer worden we schoongewassen. Daarom mogen we in het verbond met de Heilige blijven leven. Vandaag kijken we naar het Heilig Avondmaal. Wat heeft het Avondmaal met het verbond te maken? En wat met het doen van belijdenis? Laten we daar nu naar kijken.

Ontvangen en zelf deelnemen


De HERE geeft ons twee sacramenten: Doop en Avondmaal. Allebei laten ze ons zien dat we bij het Verbond horen. Dat staat geschreven in de Bijbel. De sacramenten laten het zien, ze zijn net tekeningen bij Gods Woord. Allebei laten ze zien dat we de goede dingen van het verbond mogen hebben. De doop beeldt de vergeving van de zonden uit en de nieuwe geboorte. Het Avondmaal tekent het eeuwige leven. Eens zal de kerk van Christus dat met Hem in de hemel vieren.

Toch is er ook verschil tussen doop en Avondmaal. De doop ontvangen we. Daarvoor hoeven we niets te doen. Dat komt van Gods kant. Omdat we zelf niets hoeven doen kunnen kleine kinderen al gedoopt worden. Maar het Avondmaal is actief. We nemen het brood en we drinken de beker. In 1 Korinthe 11: 28, 29 staat:
Maar ieder beproeve zichzelf en ete dan van het brood en drinke uit de beker. 29 Want wie eet en drinkt, eet en drinkt tot zijn eigen oordeel, als hij het lichaam niet onderscheidt.
We zeggen wel: We moeten tot onderscheid van jaren gekomen zijn. In de verzen hiervoor staat dat je het Avondmaal niet op onwaardige wijze mag vieren. Dat moet je bij jezelf dus kunnen nagaan. Daarvoor moet je Gods Woord kennen. Zijn geboden. Uit liefde voor Hem moet je ook naar de wet beginnen te leven. Uit zijn Woord weet je ook dat Gods beloften voor jou gelden. Welke beloften? De verbondsbeloften. Vergeving van zonden en het eeuwige leven! Het Avondmaal laat dat zien. Dat je deel hebt aan het sterven en de opstanding van Christus. Precies zoals God beloofd. Dan vier je die grote genade mee aan de Avondmaalstafel en elke zondag in de kerk.

Belijdenis geeft toegang tot het Avondmaal


Nu kan het zijn dat een verbondskind bij het opgroeien het verbond niet houdt, maar juist vertreedt. Een klein kind kan dat niet doen. Daarom mogen kleine kinderen van gelovigen zonder uitzondering gedoopt worden. Een verbondskind die tot onderscheid van jaren is kan het verbond verwerpen. Daarom mag de kerkenraad niet zomaar elk volwassen verbondskind tot het Avondmaal toelaten. Want de kerkenraad is door God geroepen om de sacramenten heilig te houden.
De kerkenraad moet weten dat iemand die straks het brood en de beker zal nemen, aan het Verbond niet de rug heeft toegekeerd. De kerkenraad moet juist weten dat hij Gods verbondsbelofte heeft omhelsd en Gods verbondseis heeft aanvaard. Daarom doen we belijdenis van ons geloof.

Belijdenis voor de kerkenraad en voor de gemeente


Daarom doen we dus belijdenis. We doen dat eerst voor de kerkenraad. Die vraagt de toegangvragers (belijdeniscatechisanten) of zij in Gods belofte geloven en of zij Gods eis willen aanvaarden. Dan onderzoekt de kerkenraad hun kennis om te zien of de kerkenraad hun belijdenis serieus kan nemen en of die klopt met Gods Woord.
Eerst dus belijdenis voor kerkenraad. Maar dan ook voor de hele gemeente. Omdat de gemeente de kerkenraad moet helpen bij zijn taak. Ook bij het zuiver houden van Gods tafel.

Omdat alleen God de harten kent


Je mag aan het Avondmaal omdat je bij Gods verbond hoort. Toch mag je niet weigeren om belijdenis af te leggen. God zelf heeft wachters over ons aangesteld die niet zelf in ons hart kunnen kijken, zoals God dat kan. Zij moeten dus uit je mond horen wat je gelooft en in je leven zien dat je ook doet wat je gelooft. Dat is hun taak. Er kan niemand in je hart kijken. Over het hart van een ander mogen we niet oordelen. Dat laten we aan de HERE over. We zullen ons tevreden stellen met het aanhoren van de belijdenis en het zien en beoordelen van wat een ander doet in zijn leven.
Dat mogen wij. Dat moeten wij. Wanneer iemand in zijn leer (in zijn geloofsbelijdenis) en in zijn leven (in wat hij doet) laat zien dat hij Gods verbond aanvaard, mag hij het Avondmaal meevieren. Dan kan de kerkenraad zeggen: „Smaakt en ziet, dat de Here goed is." (psalm 34:9).

Bid de HERE dat je het ook zo mag zien en geloven! Leer de HERE steeds beter kennen in je persoonlijk Bijbellezen, door de preken en door de catechisatie. Dan ga je Hem steeds meer liefhebben. Dan geeft de HERE dat je vrijmoedig durft te belijden in de kerk dat je in leer en leven Hem wil dienen. Dan mag je aan het Avondmaal. Vieren dat de verbondsbeloften voor jou zijn. Vergeving van je zonden en eeuwig leven. Door de dood van Christus. Je mag met Hem opstaan in heerlijkheid. Je mag met het Avondmaal vieren dat dit ook voor jou geldt. De HERE nodigt ook jou uit.

Bij dit artikel is gebruik gemaakt van het boekje Verbond en Belijdenis van ds. D. Van Dijk.